|
Logboek 1997In de lijst betreffen de vet weergegeven getallen overschrijdingen van de 1%-norm (1% van de Noordwest-Europese populatie). Het gebied is voor de betreffende soort van internationaal belang (zie ook "De 1%-soorten van de Meeslouwerpolder en de Vogelplas Starrevaart"). Via het doorgeven van waarnemingen kunt bijdragen aan deze pagina en aan de kwaliteit en volledigheid van de tellingen op de Vogelplas Starrevaart en Vlietland. December 1997Op 10 december was er een vrouwtje Krooneend en vrouwtje Rosse Stekelstaart (sinds 21 oktober present). Op 14 december verbleef een Bokje en een vrouwtje Blauwe Kiekendief. Op 19 december werden 3 Bonte Kraaien gezien. Op 19 en 20 december verbleef een paartje Grote Zaagbekken. In de Meeslouwerpolder waren op 20 december 2 Geoorde Futen en een Groene Specht aanwezig. Op 28 december trokken 1420 Kolganzen noordwaarts. Ter plekke waren 155 Kleine Zwanen, 215 Grauwe Ganzen, 2 Waterpiepers, 14 Nonnetjes en 11 Brilduikers en nog immer het vrouwtje Rosse Stekelstaart. November 1997Op 1 november was er nog een Geoorde Fuut. De Waterral was weer aanwezig bij de schuilhut, en de 8 Pijlstaarten waren er nog. Op 2 november vloog er een Groene Specht rond in Vlietland. De soort is voor de vierde achtereenvolgende winter present. Op de Vogelplas werd die dag van een adulte Geelpootmeeuw de ring afgelezen: E274. Op 4 november waren er 4 Kleine Zwanen (waaronder een halsring: 917U). Verder werd er een Roerdomp ontdekt, het eerste Nonnetje, de eerste Bonte Kraai, en 11 Bergeenden. Op 6 november werd de Geoorde Fuut nog steeds gezien. Verder 8 Dodaarzen, 136 Grauwe Ganzen, 150 Slobeenden, 6 Brilduikers, 17 Zwarte Ruiters, 2 Kemphanen en 1 Waterpieper. De laatste Boerenzwaluw passeerde op 8 november. Op 15 november waren 's middags 400 Slobeenden en 4500 Smienten aanwezig. Op 19 november waren er 6 Dodaarzen, 47 Canadese Ganzen en 13 Pijlstaarten. Op 21 november werd een vrouwtje Blauwe Kiekendief gezien. Op 30 november zijn 177 Grauwe Ganzen, 4 Waterrallen en 2 Bokjes geteld. Oktober 1997Op 3 oktober was het aantal Pijlstaarten gestegen tot 17. Die dag ook 52 Watersnippen. Op 4 oktober werden de eerste Wilde Zwanen gezien en de laatste Lepelaar. Verder nog 7 Bonte Strandlopers en 1 Kemphaan. Op 14 oktober werden 2 Geoorde Futen gezien. Op 16 oktober arriveerden de eerste Kleine Zwanen. Op 19 oktober waren er 360 Slobeenden en 380 Kuifeenden. Vanaf 21 oktober is het vrouwtje Rosse Stekelstaart weer present. Op 24 oktober werd een 1 Waterral gezien die op het pad naar de schuilhut liep te scharrelen. Die dag ook nog 2 Casarca's. Op 25 oktober waren er 30 Zwarte Ruiters. Op 26 oktober werden 10 Baardmannetjes geteld. Op 27 oktober waren er 230 Slobeenden, 33 Zwarte Ruiters, 10 Kleine Zwanen en 8 Pijlstaarten. September 1997Op 1 september werd in Vlietland nog een Gierzwaluw gezien. Op de Vogelplas die dag 15 Lepelaars, twee overvliegende Ooievaars en 2 Boomvalken. Op 6 september was het aantal Nijlganzen op de slaapplaats in de Vogelplas Starrevaart gestegen tot 248, met inmiddels ook 4 Casarca's. Verder 7 Pijlstaarten, 315 Slobeenden, 1 Brilduiker, 20 Zwarte Ruiters en 3 Grutto's en 1 Tapuit. In de Meeslouwerpolder werden 5 overvliegende Ooievaars en 1 IJsvogel gezien. Op 14 september werden 149 Krakeenden geteld. Op 21 september waren er 46 Canadese Ganzen, 11 Pijlstaarten en een overvliegende Grote Gele Kwikstaart. Op 20 september werden 164 aalscholvers geteld. Augustus 1997Op 16 augustus is een Zwarte Stern gezien. Op 17 augustus waren nog steeds 5 paartjes Geoorde Futen aanwezig, met zowel volgroeide als onvolgroeide jongen, en een paar Dodaarzen met pulli. Verder op de slikplaat een slaapplaats van 175 Nijlganzen met een vrouwtje Casarca, een mannetje Smient, 8 Zomertalingen, 2 Gierzwaluwen (de laatsten dit jaar?) en een Blauwborst. Op 17 augustus is botulisme geconstateerd. Langs de zuidelijke ringdijk lagen enkele dode en zieke wilde eenden, meerkoeten en wintertalingen. Ook werd daar een ziek Porseleinhoen geraapt en naar vogelasiel "de Wulp" gebracht. In het riet was een Driekleurennon aanwezig, goede biotoop alleen wat ver van huis. Op 20 augustus waren 14 Zwarte Ruiters en 18 Kemphanen aanwezig. Op 31 augustus was het aantal Nijlganzen op de slaapplaats gestegen tot 225, met daartussen 2 Casarca's. Ook verbleef een groep van 33 Canadese Ganzen. Verder die dag 18 Zwarte Ruiters, een juveniele Zwarte Stern, 1 Ooievaar, 1 vrouwtje Pijlstaart en nog een Koekoek. Juli 1997Op 7 juli zijn 's avonds 3 Waterrallen gehoord. Op 23 juli werden bedelende jonge Sperwers waargenomen in het wilgenbos vlak achter de uitkijktoren langs de Kniplaan. Die dag ook 30 Lepelaars en een eerste kalenderjaar Brilduiker. Op 26 en 27 juli was de Heilige Ibis weer aanwezig. Op 27 juli waren er nog 18 Lepelaars. Juni 1997Op 7 juni was het mannetje Smient nog steeds present op de Vogelplas Starrevaart. Die dag ook 6 paar Geoorde Fuut met jongen, een Boomvalk, 5 Indische Ganzen, Staartmezen met jongen en 9 Zomertalingen. Op 7, 13 en 14 juni werd een overvliegende Ooievaar gezien. Op 13 juni werden 2 Witgatjes gezien. Een controle van de meeuwennesten op de slikplaat leverde geen Zwartkopmeeuwen op. De vogels zijn sinds 3 mei niet meer gezien, en zijn vermoedelijk vertrokken. Op 14 juni was 1 Zwarte Ruiter in zomerkleed present, en is ook een Zomertortel gezien. Mei 1997Op 3 mei werden de eerste Sprinkhaanrietzanger en Grasmus gehoord. 's Middags verblijven regelmatig Dwergmeeuwen, zoals op 3 mei: 5 adult en 2 juveniel. Vaak zijn ze vergezeld door Zwarte Sterns. De Pijlstaart en Smient zijn nog steeds present, wellicht betreft het broedvogels. Ook nog steeds 6 Lepelaars aanwezig. Op 3 mei was er doortrek van steltlopers als Bosruiter, Groenpootruiter, Zilverplevier en Kemphaan. Vanaf de ringdijk, halverwege de Kniplaan en de schuilhut, zijn tussen de nestelende Kokmeeuwen ook de nesten van enkele Geoorde Futen te zien. Op 8 mei werd in de Meeslouwerpolder een Kuifduiker in zomerkleed ontdekt, tussen de dode bomen achter de uitkijktoren. Op 13 en 15 mei verbleef op de Vogelplas een Roodhalsfuut in zomerkleed. Op 18 mei zongen 2 Snorren en de eerste Bosrietzangers. In Vlietland, bij de jachthaven, zong op 18 mei een Nachtegaal. Op 25 mei riep een Waterral, en waren de Smient en de juveniele Dwergmeeuw nog steeds ter plekke. Op 29 mei zwom de eerste Geoorde Fuut met jongen rond. Op 31 mei is een Roerdomp gezien. April 1997Op 3 april is de eerste Oeverzwaluw gezien. Die dag ook een mannetje Blauwe Kiekendief. Op 6 april verschenen de eerste Kleine Plevier en Gele Kwikstaart. Verder die dag 4 Zwartkopmeeuwen, 8 Geoorde Futen, 4 Bruine Kiekendieven en 2 Ransuilen. Op 9 april verscheen de eerste Boerenzwaluw en de eerste Visdieven. Die dag ook 20 Brilduikers. Op 10 april kwamen 's avonds 15 Lepelaars aangevlogen. Dezelfde avond in de Meeslouwerpolder een roepende Waterral. Op 11 april zwom een Grauwe Gans rond met jongen. Tussen de aanwezige Grutto's weer 10 IJslandse Grutto's. In de bosaanplant zong de eerste Zwartkop. Op 12 april waren 7 Dwergmeeuwen aanwezig. Op 13 april was een Bokje aanwezig. Verder 26 Lepelaars, 14 Geoorde Futen, 3 Zwartkopmeeuwen, en de eerste Rietzangers. Op 19 april is de eerste Kleine Karekiet waargenomen. Die dag ook een Heilige Ibis ter plekke. Op 20 april 17 Geoorde Futen, 10 Kemphanen en een passerende Ooievaar. Op 23 april zijn de eerste Zwarte Sterns gezien en op 25 april de eerste Koekoek. Op 26 april zijn de steltlopersoorten goed vertegenwoordigd, met onder meer 21 Kemphanen N-waards trekkend, 1 Bokje, 5 Zwarte Ruiters, 1 Bosruiter en 4 Oeverlopers. Op 26 april ook veel eerste waarnemingen van zomergasten: 1 Huiszwaluw, 2 Gierzwaluwen, 1 Paapje, 2 Tapuiten en 2 Tuinfluiters. Het vrouwtje Rosse Stekelstaart is nog steeds present (sinds 16 februari), net als de 4 Zwartkopmeeuwen. Nog steeds 9 Lepelaars aanwezig. Maart 1997Het voorjaar hangt in de lucht, maar de Vogelplas is de eerste helft van maart nog vrij leeg. Op 1 maart waren er 14 Nonnetjes, 900 Grutto's, 1 Waterpieper, nog steeds een vrouwtje Rosse Stekelstaart, en de eerste Tureluur. Op 6 maart zijn 3 Waterpiepers en 13 Lepelaars gezien. Op 16 maart was het aantal Lepelaars gestegen tot 38. Verder op 16 maart 4 Pijlstaarten, een baltsende groep van 10 Brilduikers en 4 Nonnetjes. De eerste Dodaarzen lieten zich horen, en 5 Kluten waren aanwezig. Op 17 maart verbleven er 's avonds zo'n 6000 Kokmeeuwen. Op 21 maart is een Roerdomp gezien. Op 22 maart zijn de 2 Wilde Zwanen en het vrouwtje Rosse Stekelstaart nog steeds present. Vanuit de Meeslouwerpolder kwam een baltsende Bruine Kiekendief langs. Verder die dag de eerste Geoorde Fuut, 2 mannetjes Zomertaling, 1300 Grutto's, en 11 Pijlstaarten. In de Hofpolder (bij de jachthaven in Vlietland) zat een Groene Specht. Op 26 maart zijn 4 Zwartkopmeeuwen gezien. Ook in de dagen erna worden ze op de Vogelplas gezien, zoals op 30 en 31 maart een rondvliegend (en roepend) adult paartje. Op 28 maart waren er alweer 6 Geoorde Futen. Op 29 maart zijn 2 Dwergmeeuwen gezien. Op 31 maart 4 mannetjes Zomertaling, 24 Lepelaars, de eerste Beflijster, nog steeds een Rosse Stekelstaart, een paartje Bruine Kiekendieven, een paartje Sperwers en 10 IJslandse Grutto's. In Vlietland zong de eerste Fitis. Februari 1997Op 2 februari werd er op de Vogelplas nog steeds geschaatst. Veel vogels waren er nog niet te zien. Pas in de loop van de maand ontstond weer open water. Vanaf half februari is de plas ijsvrij en neemt het aantal vogels (en het aantal vogelaars) weer toe. Op 11 februari was een Geoorde Fuut en een Toppereend aanwezig. Op 14 februari werd de eerste Lepelaar en de eerste Kemphaan gezien (voor beide soorten is dit de vroegste waarneming voor het gebied), en verbleven er 12 Brilduikers. Op 15 februari werden 20 Nonnetjes geteld. Op 16 februari was een vrouwtje Rosse Stekelstaart ter plaatste. Die dag verbleven op een tijdens de vorst gemaaid rietveld tussen de talrijke Graspiepers ook 8 Waterpiepers. De eerste Grutto werd genoteerd op 21 februari. Op 22 februari onder meer parende Grote Zaagbekken, 3 Waterpiepers en 6 Lepelaars schouder aan schouder met de nog aanwezige Kleine Zwanen. Op 22 en 26 februari is een vrouwtje Blauwe Kiekendief gezien. Door het kwakkelweer groeien de wakken in Vlietland. Begin februari is de plas weer ijsvrij. De Smient is nog steeds de meest talrijke vogel, met op 2 februari 16100 exemplaren. Verder op 2 februari: 6 Sneeuwganzen (hierna niet meer gezien), 12 Rietganzen, 190 Kolganzen, 1 Toppereend, en 1 Roerdomp. Op 16 februari verbleven 31 Rietganzen. Januari 1997De Vogelplas is sinds de kerstdagen geheel dichtgevroren, er wordt niet veel gezien. Er verblijven 5 Baardmannetjes, op 13 januari is 1 Roerdomp gezien. Vlietland blijft door zijn diepte lang open maar vriest begin januari ook langzaam dicht. Op 11 januari verbleven in de wakken in Vlietland in totaal 8090 Smienten, een record voor het gebied. Verder 21 Brilduikers, 5 Wilde Zwanen en 6 Buizerds. Op 11 en 12 januari werd een Roerdomp gezien. Op 12 januari werden 349 Kleine Zwanen geteld, op het ijs waren 3 Bonte Kraaien present. Op 17 januari waren er zelfs 418 Kleine Zwanen, een record voor het gebied. Op 12 januari werden op de slaapplaats van de Kleine Zwanen in de Meeslouwerpolder 6 Sneeuwganzen ontdekt, waarvan 1 blauwe fase en 5 een tussenvorm tussen de witte en blauwe fase. Op 26 januari waren ze nog present. Op 26 januari was het aantal Smienten op Vlietland gestegen tot 16300, een nieuw record. Op die dag ook 2 Grote Zaagbekken, een mannetje Toppereend en 7 Bonte Kraaien. Lijst van waarnemersDe volgende mensen hebben in 1997 met hun waarnemingen bijgedragen aan deze rubriek (waarvoor dank!): Wilfred Alblas |
|